Meer informatie over 
fluorescente beeldvorming
Wat is fluorescente beeldvorming? Bijna infrarood (NIR) fluorescente beeldvorming is een beeldvormingstechniek waarbij bijna infrarood licht wordt gebruikt om een optische beeldvormingsstof te activeren. Deze zendt licht uit dat dan in realtime door een digitale camera wordt gedetecteerd en gevisualiseerd. Het wordt door wetenschappers gebruikt om weefselperfusie, anatomische kenmerken, interne organen en lymfevatenstelsels te onderzoeken en eveneens door clinici om tumorperfusie te visualiseren en als hulpmiddel bij chirurgische ingrepen. 
Stryker fluorescente beeldvormingssystemen

SPY-PHI
SPY draagbaar handheld beeldvormingssysteem

Indicaties voor het gebruik

Het SPY Portable Handheld Imaging (SPY-PHI)-systeem, of draagbaar handheld beeldvormingssysteem, is een actief apparaat dat wordt gebruikt om de omloop, inclusief lymfe- en bloedvaten, te visualiseren alsook gerelateerde weefselperfusie met bijna infrarode fluorescente beeldvorming tijdens diverse chirurgische ingrepen.

 

1688 AIM
4K camerasysteem

Indicaties voor het gebruik

Met het 1688 Advanced Imaging Modalities (AIM, of geavanceerde beeldvormingsmodaliteiten) 4K-platform kunnen chirurgen minimaal invasieve ingrepen uitvoeren met standaard endoscoop visueel licht, alsook visuele beoordelingen van vaten en microvaten, van de bloedsomloop en gerelateerd weefsel en orgaanperfusie, lymfeklieren en perfusie die verband houdt met tumoren en tumorranden en minstens één van de extrahepatische galwegen (cystische kanaal, gemeenschappelijke galbuis en gemeenschappelijke leverbuis) met behulp van bijna infrarode fluorescente beeldvorming.

Is fluorescente-geleide chirurgie net zo doelmatig als andere tracers voor schildwachtklierdetectie (SLN) bij borstkankerpatiënten?

Fluorescent-geleide SLN-biopsie bij borstkankerpatiënten is niet minder effectief dan de RI+BC-techniek of alleen RI.

  • Ballardini et al. (2013) namen n = 134 vrouwen op in een verkennende studie en beoordeelden de concordantie tussen de ICG-methode en de 99mTc-methode. De auteurs concludeerden dat de ICG-methode niet minder effectief is dan de RI en zelfstandig kan worden gebruikt voor een betrouwbare identificatie van SLN's.
  • Samorani et al. (2015) voerden een verkennende studie uit om de ICG-methode voor de detectie van SLN bij borstkankerpatiënten te valideren. De auteurs schreven n = 301 patiënten in die SLN-detectie ondergingen met zowel de 99mTc – als de ICG-methode. Met ICG werd 99% van de klieren geïdentificeerd en met de 99mTc-methode 76,7%.
  • Somashekbar et al. (2020) voerden een verkennend, vergelijkend onderzoek uit ter beoordeling van de detectie en van de nauwkeurigheid van SLN-detectie met ICG vergeleken met de dual-dye techniek (RI+BC). SLN-detectie werd uitgevoerd bij n   = 100 patiënten, het identificatiepercentage met de dual-dye techniek was 94% en bij alleen gebruik van ICG was dit 96%.
  • Kedrzycki et al. (2021) toonden in een meta-analyse aan dat de ICG gelijkwaardig is aan RI bij de identificatie van klieren. Deze bevinding was gebaseerd op n = 944 patiënten uit 10 studies.

Fluorescent-geleide SLN-biopsie bij borstkankerpatiënten is niet minder effectief dan de RI+BC-techniek of alleen RI.

  • Ballardini et al. (2013) namen n = 134 vrouwen op in een verkennende studie en beoordeelden de concordantie tussen de ICG-methode en de 99mTc-methode. De auteurs concludeerden dat de ICG-methode niet minder effectief is dan de RI en zelfstandig kan worden gebruikt voor een betrouwbare identificatie van SLN's.
  • Samorani et al. (2015) voerden een verkennende studie uit om de ICG-methode voor de detectie van SLN bij borstkankerpatiënten te valideren. De auteurs schreven n = 301 patiënten in die SLN-detectie ondergingen met zowel de 99mTc – als de ICG-methode. Met ICG werd 99% van de klieren geïdentificeerd en met de 99mTc-methode 76,7%.
  • Somashekbar et al. (2020) voerden een verkennend, vergelijkend onderzoek uit ter beoordeling van de detectie en van de nauwkeurigheid van SLN-detectie met ICG vergeleken met de dual-dye techniek (RI+BC). SLN-detectie werd uitgevoerd bij n = 100 patiënten, het identificatiepercentage met de dual-dye techniek was 94% en bij alleen gebruik van ICG was dit 96%.
  • Kedrzycki et al. (2021) toonden in een meta-analyse aan dat de ICG gelijkwaardig is aan RI bij de identificatie van klieren. Deze bevinding was gebaseerd op n = 944 patiënten uit 10 studies.

Opmerking - 1688 AIM wordt niet geïndiceerd voor lymfekartering bij borstchirurgie

Is fluorescente-geleide chirurgie net zo doelmatig als andere tracers voor schildwachtklierdetectie (SLN) bij patiënten met baarmoederhalskanker?

ICG FA heeft een hoger bilateraal SLN-detectiepercentage dan 99mTc + BC.

  • Beaten et al. (2021) namen een meta-analyse op uitgevoerd bij 589 patiënten uit 7 studies en concludeerden dat ICG resulteerde in een hogere bilaterale SLN-detectie vergeleken met de combinatie van 99mTc + BC.
  • Buda et al. (2016) namen 114 vrouwen met baarmoederhalskanker op in een retrospectief onderzoek waarbij de SLN-detectiepercentages van ICG versus RI+BC werden vergeleken. Bilaterale kartering werd behaald bij 98,5% voor ICG en 76,3% voor 99mTc + BC. 
  • Buda et al. (2018) voerden een ander retrospectief onderzoek uit bij 65 vrouwen met baarmoederhalskanker in een vroeg stadium. De auteurs vergeleken bilaterale SLN-detectiepercentages van ICG versus 99mTc + BC (95,2% versus 69,6%).
  • Di Martino et al. (2017) voerden een multi-center-onderzoek uit en beoordeelden 95 vrouwen met baarmoederhalskanker in het stadium IB1. 47 patiënten ondergingen SLN-kartering met 99mTc +/-BC en 48 met ICG. Met ICG werd een bilateraal SLN-detectiepercentage van 91,7% behaald vergeleken met 66% verkregen met 99mTc.

Is fluorescente-geleide chirurgie nuttig bij het verminderen van postoperatieve complicaties na colorectale kankerchirurgie?

ICG-FA kan het risico verminderen van anastomose-lekkages na colorectale kankeroperaties.

  • Alekseev et al. (2020) lieten in een RCT (n=380 pts) uitgevoerd in een enkel centrum een significante vermindering zien van AL-percentages in LAR van 25,7% in de niet-ICG-FA-groep tot 14,4% in de ICG-FA-groep.
  • Ishii et al. (2020) ontdekten in een retrospectief vergelijkend onderzoek dat het AL-percentage significant lager was bij de ICG-groep (1,8%) vergeleken met de niet-ICG-groep (5,3%) voor rectale kankerpatiënten.
  • Kim et al. (2016) voerden een cohortonderzoek uit van 436 rectale kankerpatiënten en toonden een significante vermindering aan van AL bij de ICG-groep (0,8 % versus 5,4%).
  • Skrovinaet al. (2020) ontdekten in een reeks van 50 patiënten een significante vermindering van AL bij de ICG-FA-groep (10%) vergeleken met een in het verleden uitgevoerde controle zonder ICG-FA (18%).
  • Wada et al (2019) voerden een retrospectief PSM-onderzoek uit met 149 patiënten en ontdekten een vermindering in het symptomatische AL-percentage van 14,7% (niet ICG) tot 8,8% (ICG-FA)
  • Mizrahi et al. (2018) vergeleken in een retrospectief onderzoek de AL-percentages van patiënten die LAR ondergingen en bemerkten een vermindering van het AL-percentage van 6,7% (niet-ICG-groep) tot 0% (ICG-FA-groep).
  • Wanatabeet al. (2019) ontdekten een significant verminderd AL-percentage in een retrospectief PSM-cohortonderzoek (OR 0,427, CI 0,197 –0,926)

ICG-FA kan het risico verminderen van een nieuwe operatie na rectale kankerchirurgie.

  • Wanatabe et al. (2019) voerden een multi-center, retrospectief PSM-onderzoek uit en ontdekten een significant lager percentage nieuwe operaties bij de ICG-FA-groep (OR 0,19, CI 0,042 – 0,889). 
  • Jafari et al (2013) troffen in een retrospectieve controleanalyse een vermindering aan van het percentage nieuwe operaties van 9% tot 6% voor respectievelijk niet-ICG en ICG. 

ICG-FA kan ziekenhuisverblijven verkorten.

  • Wanatabe et al. (2019) ontdekten in een retrospectief PSM-onderzoek een significant korter postoperatief ziekenhuisverblijf bij de ICG-FA-groep: x (gemiddelde) = 2,62 dagen, (CI 0,96 – 4,28). 

ICG-FA kan de operatietijd verkorten.

  • In een retrospectief PSM-onderzoek van n=657 rectale kankerpatiënten ontdekten Kim et al. (2017) een significant verschil in OK-tijd tussen ICG-FA (177 ± 43 min) en de niet-ICG-FA-groep (197 ± 47 min)

Voor het fluorescente beeldvormingssysteem van Stryker moet het beeldvormingsmiddel indocyaninegroen (ICG) worden gebruikt. ICG is een geneesmiddel en wordt niet verstrekt door Stryker; het moet apart door de klant worden aangeschaft. De goedkeuringsstatus van het geneesmiddel kan variëren. Klanten dienen de status vast te stellen die van toepassing is in hun ziekenhuis en hun land en de gebruiksaanwijzing voor het geneesmiddel van de fabrikant te raadplegen voor specificaties en gebruik.

SPY momenten

Geassocieerd hoogleraar prof. dr. med. Mustafa Muallem
Duitsland

Adjunct-directeur van de afdeling Gynaecologie met het Centrum voor oncologische chirurgie, medische universiteit Charité van Berlijn

Medisch onderzoeker John Butler
Verenigd Koninkrijk

Consultant-gynaecoloog en gynaecologisch-oncologische chirurg
Royal Marsden Hospital

Professor Dawid Murawa
Polen

Chirurgisch oncologische specialist
Hoofd van de kliniek voor Oncologische chirurgie, universitair ziekenhuis Zielona Góra

Samen kunnen we meer doen We ontwerpen sommige van de meest innovatie chirurgische technologie op de markt zodat u beter voor uw patiënten kunt zorgen. Neem vandaag nog contact met ons op voor meer informatie over het 1688 AIM 4K Platform. Samen kunnen we een betere toekomst bouwen.
Dank u!